2011-03-30 : Verleden weekend heeft het openluchtmuseum de deuren weer geopend voor een seizoen, wij zijn in het bezit van een abonnement en gaan dit jaar er dus van profiteren zo veel mogelijk er een bezoek aan te brengen. Het openlucht museum bestaat uit drie grote delen en de Oude Stad. De Oude Stad is nog enkel te bezoeken tijdens bepaalde evenementen.
De drie grote delen van het openluchtmuseum zijn :
- Oost- en West-Vlaanderen
- De Kempen
- Haspengouw
Dit gedeelte handelt over "De Kempen"
Wij betreden het museum via P1, mits de ingang aan het Poorthuis enkel tijdens de maanden juli en augustus tijdens de week open is, die ingang is wel open tijdens de weekends en feestdagen.
Bokrijk - Hek uit Kerkom
Wij betreden het openluchtmuseum via het "Hek Kerkom" on na enkele meters het "ongelukskruis Hasselt" tegen te komen, dit ongevalskruis van Johannes Motman dateert uit 1750. De tekst op het kruis verwijst naar de (onnatuurlijke) dood van Johannes Motman. De schenkster Mevrouw Martens- Vandercrabben beweerde in 1952 dat Motman van zijn paard gevallen zou zijn. Dit wordt in 1969 in een brief aan J. Weyns betwijfeld door Lambert Smets die in de Bosstraat het kruis nog heeft weten staan en van zijn ouders een andere versie hoorde: (ouders die het ook niet konden weten (!) beweerden dat Motman op die plaats gewoon dood viel).
Bokrijk - Ongelukskruis uit Hasselt.
Standerdmolen uit Mol-Millegem - Antwerpenn(1788)
Dit type windmolen ontleent zijn naam aan de “Standerd”, de houten spil van de molen, Het molenhuis draait hier rondom als een grote vierkante kast, om de wieken in de wind te kunnen zetten. Deze standerd rust op een onderstel dat eruit ziet als een houten piramide. Onder de Piramide staan gemetselde blokken, teerlingen genaamd. Deze zijn altijd gericht naar de vier windstreken.
Bokrijk - Standerdmolen uit Mol-Millegem (achterzijde).
De molenaar draaide met de lange hefboom, de staart, de molen in de richting van de wind. Hij snoerde de kettingen vast aan de kruipalen die in een cirkel in de berm van de molen werden ingegraven. Aan de achterkant van de molen bevindt zich de gedenksteen die onthuld werd door de toenmalige prins Albert bij de opening van het museum op 12 april 1958.
Bokrijk - Standerdmolen uit Mol-Millegem (voorzijde).
Deze graanmolen weegt 35 ton. Door zijn huidige ligging tussen de bomen draaien de wieken niet meer. Vroeger kon bij goede wind 700 kg graan per uur verwerkt worden.
Bokrijk - Binnekant molen.
Molenaars gebruiken bij het malen al hun zintuigen: als de wind veranderd is dat te horen, te zien en te voelen. Bij een staakmolen voelde hij bv aan het wiegen van het molenkot dat de wind verzwakte, in kracht toenam of van richting veranderde.
Bokrijk - Close-up.
Bij zuiden- of zuidoostenwind was hij dubbel op zijn hoede. Deze wind kan immers bruusk naar het zuidwesten draaien. Dan krijgt de molen hevige windstoten achter de zeilen en gaan de wieken in omgekeerde richting draaien. Als dit gebeurt is de molen moeilijk te stoppen omdat de vang (=remsysteem) slechts in één richting werkt.
Meerledige boerderij uit de Antwerpse Kempen
Bokrijk - Woonstalhuis Vorselaar.
De hoeve uit Vorselaar (ca. 1600) is een gedeeltelijk gereconstrueerd woonstalhuis uit de kempen, zoals dat wordt aangetroffen op de schilderijen van Pieter Bruegel. Typisch is de overdragende bovenverdieping van het lemen woongedeelte. De inrichting van de kamer is geïnspireerd op een gravure van Bruegel. De tegenoverliggende schuur is afkomstig van Mol-Sluis (18de eeuw).
Bokrijk - Boekweitkoek staat klaar in het woonhuis.
Tijdens ons bezoek kon men er pannenkoeken degusteren die de vrijwilliger van dienst er gemaakt op het vuur in de open haard, lekker met stroop.
Bokrijk - Open haard in het woonhuis.
Bokrijk - schuur uit Mol-sluis.
Schepenbank Kempens dorpsplein.
Bokrijk - Schepenbank (Kempens dorpsplein).
Smidse uit Neeroeteren (Limburg)
Bokrijk - Smidse uit Neeroeteren..
Dit kleine bedrijfsgebouw in vakwerk werd opgetrokken rond 1860. Het atelier van een dorps(hoef)smid werd er in ondergebracht. In de hoefstal onder de afhang, werden de paarden beslagen. Aan de achterzijde van het gebouw staan de blaasbalgen waarmee het smidvuur van zuurstof voorzien werd.
Bokrijk - Smidse interieur.
Bokrijk - Blaasbalgen van de smidse.
Schaapskooi - Neerpelt
Bokrijk - Schaapskooi uit Neerpelt.
Langgevelboerderij uit de Limburgse Kempen
Naast de meerledige boerderij komt ook de langgevelhoeve vaakvoor in de Kempen: de voornaamste functies (woonhuis, stal en schuur) zijn hierbij onder één dak verenigd
Bokrijk - Boerderij uit Helchteren.
Bokrijk - Kookhaard van de boerderij.
Buiten de hoeve uit Helchteren (1815) staan op dit erf ook nog een varkenshok met secreet uit Olmen (Antwerpen) en een bakoven uit Zonhoven.
Bokrijk - Varkenshok aan de boerderij.
Bokrijk - Bakoven.
Touwslagerij uit Sint-Pieters-Lille (Antwerpen)
De touwslagerij (tweede helft 19de eeuw) is een klein werkhuisje met plankenwanden. De touwen werden gemaakt van hennep die op het land geoogst werd. In het rechtervertrek (hekelkot) werden de hennepvezels zuiver gemaakt. Het eigenlijke touwslaan gebeurde vanuit het draaikot: drie lange hennepdraden werden parallel gespannen op dertien houten kammen die samen een baan van 140 meter vormden; vervolgens werden de draden in elkaar gedraaid tot stevig touw.
Bokrijk - Touwslagerij uit Sint-Pieters-Lille (Antwerpen).
Olieslagmolen uit Ellikom (Limburg)
In deze watermolen (1702) werd olie gewonnen. Uit raap- en koolzaad werd keukenolie bereid. Lijnzaad werd verwerkt tot brandstof voor olielampen of tot mengstof voor het maken van verf. De bewerking gebeurde in drie stappen: eerst werden de zaden gebroken onder het gewicht van de molenstenen en vervolgens verhit; de olie werd uiteindelijk uit de zaden geperst door herhaaldelijke inslag van de staande balk op de slagbank.
Bokrijk - Olieslagmolen uit Ellikom.
Bokrijk - Mechaniek van de molen
Tot aan de uitvinding van de stoommachine was water de belangrijkste energiebron. Aan elke waterloop stonden dan ook één of meerdere molens.
Bokrijk - Een van de maalstenen, deze molen had er twee.
Kilbershoeve uit Meeuwen (Limburg) - Bakkerij.
Bokrijk - Kilbershoeve met bakkerij
Meerledige boerderij uit de Limburgse Kempen (18de – 19de eeuw). Zoals steeds zijn de woonvertrekken georiënteerd naar de zuidkant. Onder hetzelfde dak bevinden zich eveneens een koestal en een wagenschop. De grote afzonderlijke schuur omvat een turfkot, een schaapskooi, de eigenlijke schuur met dorsvloer en tasruimtes en het karhuis. Aan de overzijde van het erf ligt het bakhuis met ingebouwd secreet en varkenshok.
Bokrijk - Bakhuis aan de Kilbershoeve.
Wij zien u graag terug voor het vervolg op Kempen deel I