De Duitse inval in Luxemburg was een veldslag aan het Westfront tijdens de Tweede Wereldoorlog. De invasie maakte deel uit van het Duitse Fall Gelb en leidde tot de bezetting van Luxemburg door nazi-Duitsland. De operatie startte op 10 mei 1940 en werd diezelfde dag afgerond.
Met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog op 1 september 1939 kwam de Luxemburgse regering in een lastig parket. Net als België en Nederland voerde Luxemburg een neutraliteitspolitiek en kon het zich niet openlijk voorbereiden op een mogelijke Duitse aanval. In de lente van 1940 werden verdedigingswerken opgericht langs de zogenaamde Schusterlinie, vernoemd naar de ontwerper. Op de grens met Frankrijk en Duitsland werden betonnen wegversperringen neergepoot met stalen deuren. De versperringen hadden officieel tot doel de opmars van een invallend leger te vertragen en bondgenoten de kans te geven stelling te nemen voor een tegenaanval. Maar in het aanschijn van de overweldigende Duitse slagkracht had de linie eerder een symbolische functie, als geruststelling voor de Luxemburgse bevolking. Op een klein vrijwilligerskorps na had Luxemburg in die tijd geen echt leger.